Periode 1900 – 1950 Laag Wolfheze
image028
Boerderij Laag Wolfheze op de oudste ansichtkaart van de boerderij uit ongeveer 1910. Toen een tweegezinswoning voor de bosarbeiders van Van Heutsz. Let op de stal die naast het huis staat. Er ligt ook een kleine akker bij de boerderij.

Baron J.G.W. van Brakell (een broer van Philippe Baron van Brakell van Wadenoyen en Doorwerth) verkoopt in 1903 de goederen Laag Wolfheze en De Kabeljauw aan zijn nicht, Baronesse Johanna Henriëtte Gabrielle van Brakell.[1] Deze Baronesse is in 1905 met de heer Willem Karel van Heutsz getrouwd en zij worden de nieuwe verpachters van Laag Wolfheze. Willem Karel van Heutsz is een zoon van de bekende gouverneur-generaal Van Heutsz. Johanna Henriëtte Gabriëlle van Brakell is later gaan wonen in Parijs en is in 1967 kinderloos overleden op 82 jarige leeftijd.

Familie Van Heutsz woonde in de villa Kievitsdel wat later bekend werd als hotel Hoog Doorwerth. De omgeving van het beekdal met de boerderij Laag Wolfhezen was in hun bezit tot 1914, daarna werd het verkocht aan N.V. Landgoed Wolfheze.

In 1903 komt de familie Teunissen te wonen op boerderij Laag Wolfheze. Jan Teunissen is geboren op boerderij-uitspanning Wolfhezen, op de plaats waar in 1910 het Hotel Wolfheze wordt gebouwd. Jan Teunissen is na zijn geboorte verhuisd naar Elst (Gelderland) en later weer verhuisd naar boerderij Laag-Wolfheze. Hij is op zijn 44e jaar getrouwd met de 18 jarige Willemina Everdina (Mina) Wisgerhof en komt in dienst van familie Van Heutsz als bosarbeider. Deze Jan Teunissen is de vader van Johan (Joop) Teunissen (geboren in 1902). Joop is 7 jaar als zijn vader komt te overlijden. De moeder van Joop Teunissen hertrouwde later met Willem Gerritsen uit Rheden.

image025
Waarschijnlijk één van de oudste ansichtkaarten (medio 1920) van Laag Wolfheze omdat er nog geen voordeur aan de linkerkant (vanuit voorzijde gezien) van het huis zit. Let op de schuur en kippenhok aan de linkerkant en de bonenstaken rechts. In deze periode woonde weduwe Mina Teunissen met haar kinderen op Laag Wolfheze.

Na het overlijden van Jan Teunissen is Mina Teunissen de kousen gaan wassen voor de Stichting op Laag Wolfheze. Het water uit de Wolfhezerbeek werd gebruikt om de lange zwarte kousen te wassen en te spoelen. Volgens Joop Teunissen gebeurde dit in de winter op de deel van de boerderij en zomers hingen de kousen buiten te drogen aan lange staken naast de boerderij. Door deze werkzaamheden van mevrouw Mina Teunissen, was de naam ‘Het Kousenhuisje’ ontstaan en verving geleidelijk de naam van ‘Laag Wolfheze’.

Een bijzondere foto van het ophangen van de kousen op Laag Wolfheze. De vrouw op de foto is Jans Gerritsen. Zij was de dochter van Willem en Mina Gerritsen en hielp haar moeder met het wassen van de kousen.

Volgens Joop Teunissen was Laag Wolfheze al een tweegezinswoning voordat zijn familie er kwam te wonen in 1903. De bewoners waren Hendrik Broekhuizen en Van den Hul, beiden als bosarbeider in dienst van de familie Van Heutsz-Van Brakell. Waarschijnlijk was dit Rut van den Hul. Hij was de zoon van de schaapsherder Peter en al op vroege leeftijd van 38 jaar overleden in 1893.

In een wandelgids uitgegeven in 1901 door De Vereeniging ter Bevordering van het Vreemdelingenverkeer te Oosterbeek, wordt de boerderij genoemd tijdens een beschrijving van een wandelroute van Uitspanning Wolfhezen (het hotel bestond toen nog niet) naar Heelsum.

“Bij niet te warm weer is het van hier uit (Wodanseiken) nog eene zeer mooie wandeling over de heide langs de Heelsumsche beek te maken. Men volge daartoe het pad dat langs de Wodans-eiken bij de, op een kleinen afstand van daar, eenzaam gelegen woning uitkomt”.[2]

image029
Het pad langs de Papiermolenbeek. Waarschijnlijk is de kaart van medio 1915.

In 1914 komt ‘Klein Wolfheze’ weer ter sprake. Volgens het Algemeen Handelsblad van 04.05.1914 komt het Landgoed Wolfhezen in veiling. De tekst van dit artikel is: “In juni a.s. zal in veiling komen het Landgoed Wolfhezen met het bekende hotel Wolfhezen en uitspanning en de aangrenzende bezittingen Klein Wolfhezen en Kabeljauw”.
Volgens de Kleine Courant van 01.07.1914 gaat het om de volgende verkoop: “Gisterenmiddag kwam het bekende landgoed Wolfhezen in veiling. Perceel 1 Groot Wolfhezen werd ingezet voor fl. 170.000 met hoogen gebracht op fl. 180.000: Perceel 2. Klein-Wolfhezen en Kabeljauw werden ingezet op fl. 69.000 met hoogen gebracht op fl. 78.600”.

image041

Willem Gerritsen, geboren in Rheden op 31 augustus 1883, was vanaf 1930 de pachter van Het Kousenhuisje en werkte op de Stichting. Hij was daar varkensboer. Hij trad op 1 januari 1930 als arbeider in dienst en hield zijn varkens op de Stichting in de bekende varkensschuur, later nog verbouwd tot een sociëteit voor het personeel. Willem Gerritsen was in 1917 getrouwd met Mina Wisgerhof, weduwe en moeder van Joop Teunissen en ze hadden 3 dochters; Jans, Bertha en Mina.

Laag Wolfheze, de eerste ansichtkaart met sokken aan de rechterzijde en een volle moestuin. Het werk van bewoner Willem Gerritsen. Deze kaart is uitgegeven door E.H.J. Bongaards, Wolfheze en heeft een poststempel uit 1939.
Laag Wolfheze, de eerste ansichtkaart met sokken aan de rechterzijde en een volle moestuin. Het werk van bewoner Willem Gerritsen. Deze kaart is uitgegeven door E.H.J. Bongaards, Wolfheze en heeft een poststempel uit 1939.

Volgens Bertha Gerritsen werden op maandag de sokken en kousen gewassen van 10.00 – 14.00 uur door 2 vrouwen. De werksokken  werden met  de  borstel  geboend (dit stonk nogal) en nette sokken gingen in een machine. Patiënt Wies van Eck, die bij de varkensschuur hielp,  bracht de sokken en kousen met de kruiwagen van de Stichting naar Laag Wolfheze.[3]

Een bekende ansicht met de nog bekendere kousen van de Stichting, opgehangen aan de bonenstokken na een wasbeurt door Mina Gerritsen. De ansichtkaart is uitgegeven door C. van Silfhout & Zn, Wolfheze en werd verzonden vanaf 1942.
Een bekende ansicht met de nog bekendere kousen van de Stichting, opgehangen aan de bonenstokken na een wasbeurt door Mina Gerritsen. De ansichtkaart is uitgegeven door C. van Silfhout & Zn, Wolfheze en werd verzonden vanaf 1942.

Jan Maassen, de zoon van Steven, komt in 1933 in Het Kousenhuisje te wonen aan de Heelsumseweg 101, samen met zijn vrouw Maria Barbera Hubertina Ziellemans. Zij is geboren in Herten, vlakbij Roermond. Maria Ziellemans heeft waarschijnlijk gewerkt op Hotel Wolfheze en is op 11 mei 1933 getrouwd met Jan Maassen. Jan Maassen werkte op de Stichting als tuinman en op 22 mei 1970 was hij 50 jaar in dienst van de Stichting Wolfheze.

Laag Wolfheze bewoner Jan Maassen met zijn kinderen Peter (rechts) en Truus, waarschijnlijk op de zondagmiddag, aan de wandel boven op de heuvel.
Laag Wolfheze bewoner Jan Maassen met zijn kinderen Peter (rechts) en Truus, waarschijnlijk op de zondagmiddag, aan de wandel boven op de heuvel.

17 september 1944, Slag om Arnhem

Dick van der Horn (1931) zat op de lagere school. Zijn vader was verpleger op de Stichting, zoals het psychiatrisch ziekenhuis in Wolfheze werd genoemd. Hij was 13 jaar, de jongste thuis en had een broer van 15 jaar en een zus van 17. Zijn moeder verzorgde het gezin. Op 17 september 1944 werd Wolfheze gebombardeerd, ook een deel van het psychiatrisch ziekenhuis, waar de patiënten nog woonden, vertelt hij.

“Ons huis stond aan de rand van het terrein. We kwamen uit de kerk en ineens werden we gebombardeerd. We moesten rennen en hebben die dag, samen met veel andere bewoners van Wolfheze in een droge greppel in het bos gelegen, vlakbij Het Kousenhuisje, tussen de Duitsers en de Engelsen die elkaar beschoten. Ik was ontzettend bang die dag. Er was één Nederlander die naar Engeland was gevlucht en nu terugkwam als geallieerde. Hij kwam bij onze greppel. Hij vertelde dat als we maar bleven liggen in de greppel ons niets kon overkomen. En wij geloofden dat. De hele verdere dag zaten we in elkaar gedoken in die greppel. Ons gezin heeft die dag overleefd. ’s Avonds zijn we terug gegaan naar ons huis dat er nog stond en hebben in de kelder, op de aardappels, geslapen”.[4]

Een ansichtkaart uitgegeven door boekhandel S.B. de Jong uit Heelsum. Deze kaart heeft een poststempel uit 1944. Het jaar van de Slag om Arnhem en het jaar waarin Willemina Gerritsen-Wisgerhof komt te overlijden. Zij waste de kousen van de Stichting vanaf 1917.
Een ansichtkaart uitgegeven door boekhandel S.B. de Jong uit Heelsum. Deze kaart heeft een poststempel uit 1944. Het jaar van de Slag om Arnhem en het jaar waarin Willemina Gerritsen-Wisgerhof komt te overlijden. Zij waste de kousen van de Stichting vanaf 1917.

Volgens Cor Janse schuilden Barta Hekman (de vrouw van Cor Janse), haar moeder en broertje schuilden na het bombardement in Het Kousenhuisje met vele anderen. “Wij – Janse’s – lagen dinsdags (19.09.1944) een nacht met meerdere dorpelingen in een van die diepe greppels bij Het Kousenhuisje. Dat was één van die twee diepe greppels over het bruggetje bij Het Kousenhuisje rechts en dan circa 100 meter verderop richting Kabeljauw. Ik hoor de granaten nog gieren boven onze hoofden. Wat ik ook nog weet is dat die greppel niet droog was en we natte voeten kregen. Toen we ’s morgens teruggingen naar het dorp liepen de Duitsers op de Heelsumseweg. Dinsdagavond zaten de Tommies er nog in schuttersputten”.

september-oktober 1944

Voor het distribueren van o.a. voedsel wordt er een lijst opgesteld van inwoners van Wolfheze die na de Slag om Arnhem in Wolfheze zijn gebleven. Volgens deze lijst, bestemd voor het Rode Kruis in Ede, woonden er op de Heelsumseweg 101 de volgende personen;[5]

  • 3 leden van familie Gerritsen, waarschijnlijk zijn dit vader Willem en zijn dochters Bertha en Jans. Mina, de jongste dochter, was in 1944 al getrouwd met Derksen, hij was slagersknecht bij De Bruin.
  • 1 persoon genaamd Oonk, dit is Ben Oonk en hij was getrouwd met Bertha Gerritsen, Oonk heeft na de oorlog op het station gewerkt en aan de Parallelweg gewoond.
  • 1 persoon genaamd Roozeboom, dit is Dick Roozeboom en hij was getrouwd met Jans Gerritsen. Zij zijn na de oorlog nog tot augustus 1950 op de boerderij blijven wonen. Hun kinderen Geeske en Willem (vernoemd naar zijn opa) zijn op Laag Wolfheze geboren.

De genoemde bewoners worden tijdelijk ingeschreven op het adres Wolfhezerweg 78, een dubbel huis. Op dit adres woonde toen de Familie Joop Teunissen. De familie Gerritsen is tot 3 oktober 1944 op de boerderij blijven wonen, maar werden daarna geëvacueerd naar verschillende adressen in Achterveld bij Barneveld.

Laag Wolfheze gezien vanuit de Knollenkamp in 1938. De herkomst van de afbeelding is onbekend. Op de achterkant staat ‘Sokkenhuisje’ geschreven.
Laag Wolfheze gezien vanuit de Knollenkamp in 1938. De herkomst van de afbeelding is onbekend. Op de achterkant staat ‘Sokkenhuisje’ geschreven.

[1] Demoed, E.J. Van een groene zoom aan een vaal kleed (1974)

[2] De Vereeniging ter Bevordering van het Vreemdelingenverkeer te Oosterbeek. Wandelgids uit 1901

[3] Janse, Cor, Aantekeningen uit dossier Gerritsen Dal (1996)

[4] Website http://www.airbornememories.nl/verhalen/dhr-d-van-der-horn/bombardement-op-wolfheze

[5] Janse, Cor. Blik omhoog II (1996)